NIJMEGEN - Het bevolkingsonderzoek op borstkanker halveert het risico om aan borstkanker te overlijden en heeft dus wel degelijk zin. Daarbij zouden vrouwen vanaf 45 en ook na de 75 in aanmerkingen moeten komen voor screening.
Dit schrijven twee promovendi van het UMC St Radboud in hun proefschriften die komende maand verschijnen. Het bevolkingsonderzoek naar borstkanker is de afgelopen decennia onderwerp van discussie geweest.
Halveert sterfte
Het Nederlandse programma voor borstkankerscreening is in 1989 landelijk ingevoerd. Nu het dus al meer dan twintig jaar draait, is het mogelijk het effect van dit programma op de borstkankersterfte nauwkeurig te bepalen. En deelname aan het bevolkingsonderzoek lijkt de kans om aan borstkanker te overlijden te halveren.
Leeftijdsgrens
In Nederland kunnen vrouwen in de leeftijd van 50 tot 75 jaar deelnemen aan het bevolkingsonderzoek naar borstkanker. Volgens onderzoeker Guido van Schoor zouden ook vrouwen in de leeftijdsgroep van 45 tot 50 jaar een uitnodiging moeten ontvangen. Voor hen is het risico om borstkanker te krijgen de laatste jaren sterk toegenomen. Hoe dat precies komt is niet helemaal duidelijk. Misschien hebben de toename van overgewicht en de hogere leeftijd waarop vrouwen kinderen krijgen ermee te maken.
Van Schoor heeft uitgezocht dat screening ook bij deze leeftijdsgroep de kans om aan borstkanker te overlijden ongeveer halveert. Daarnaast adviseert Van Schoor om vrouwen die ouder zijn dan 75 jaar in de gelegenheid te stellen desgewenst aan de screening te blijven deelnemen. Ook zij lopen nog steeds het risico om borstkanker te krijgen en eraan te overlijden. Zeker als ze verder nog vitaal en goed gezond zijn, kan screening voor hen zinvol zijn.
- Radboudumc