Hart- en vaatmedicatie vaak gewisseld

Getty Images

Vier op de tien patiënten die hart- en vaatmedicatie gebruiken, krijgen in de apotheek wel eens een ander middel dan de keer daarvoor. Het gaat dan om een middel met eenzelfde werkzame stof maar van een ander merk.

Van deze patiënten heeft een kwart (26 procent) daar enigszins een probleem mee en 15 procent ervaart het als een groot probleem.  Dit blijkt uit onderzoek van het NIVEL onder 553 patiënten die hart- en vaatmedicatie gebruiken.

Verschillen

Van de patiënten die het afgelopen jaar wisselden van hart- en vaatmedicatie op initiatief van de apotheek rapporteert ruime een kwart problemen met praktisch gebruik van hart- en vaatmedicatie te hebben gehad, zoals een onhandige verpakking of onduidelijkheid over hoe het middel te nemen.  Voor de groep die niet gewisseld is van medicatie meldt 15 procent dit soort problemen.

Ook rapporteren patiënten die wisselen van hart- en vaatmedicatie vaker bijwerkingen dan niet-wisselaars (33 procent versus 22 procent). Wisselaars hebben daarnaast een lagere therapietrouw en zij geven iets vaker aan dat hun medicatie niet op voorraad is. Geen verschillen zijn er te zien tussen de wisselaars en niet-wisselaars als het gaat om de ervaren gezondheid en het ziekteverzuim.

Informatievoorziening

Van de mensen die gewisseld zijn van hart- en vaatmedicatie, heeft 71 procent geen informatie gekregen  van een zorgverlener of de zorgverzekeraar hierover. Als men informatie kreeg, kwam deze meestal  van de apotheker. "Patiënten moeten beter geïnformeerd worden over de wisselingen van medicatie", aldus NIVEL-onderzoeker Liset van Dijk. "En wanneer ze een eerste herhaalrecept krijgen, is het goed te vragen  hoe de ervaringen met het nieuwe middel zijn."

Bron 
  • Nivel