BAARN - Mensen die glucocorticoïden gebruiken lopen twee keer meer kans op vitamine D-tekort als mensen die geen corticosteroïden gebruiken. Dit blijkt uit Amerikaans onderzoek.
Hoewel verlaging van de botdensiteit (osteoporose) een bekende bijwerking is van langdurig steroïdgebruik, was de relatie tussen steroïden en vitamine D-tekort niet eerder aangetoond in een bevolkingsstudie.
Hart- en vaatziekten
Ernstig vitamine D-tekort wordt onder meer geassocieerd met diverse spierziekten (myopathie), botontkalking (osteomalacie of osteoporose) en de 'Engelse ziekte'(rachitis), waarbij er te weinig kalkzouten in de beenderen worden afgezet. Ook hart- en vaatziekten, infecties en een grotere kans op botbreuken behoren tot de risico's.
Prednison
Voor deze studie gebruikte teamleider Amy Skverskygegevens van 22.650 kinderen en volwassenen uit een langlopende Amerikaanse gezondheidsstudie. Van hen gebruikte 0,9 procent glucocorticoïden (zoals prednison) in de dertig dagen voorafgaand aan de meting.
11 procent van de steroïdgebruikers had vitamine D-waarden van minder dan 10 ng/ml oftewel ernstig vitamine D-tekort, tegenover 5 procent van de niet-gebruikers. 32 procent had zulke lage waarden dat er ook bij hen gesproken werd vn een D-tekort, zij het minder ernstig.
Vrouwen
Behalve glucocorticoïdgebruik bleken ook obesitas, negroïde afkomst, vrouwelijk geslacht, een lage socio-economische status en een lage inname van melk en supplementen risicofactoren voor een vitamine D-gebrek.
Vraagtekens
Er worden wel enkele vraagtekens bij het onderzoek gezet. Zo is het onduidelijk of de onderzoekers een of meerdere meetmomenten hebben gebruikt om het glucocorticoïdgebruik vast te leggen. Bovendien hebben de onderzoekers niet gekeken naar de gebruikte dosis.
Suppletie
De onderzoekers raden aan om mensen die langdurig steroïden krijgen voorgeschreven, te screenen op vitamine D-deficiëntie en om hen, indien nodig, suppletie aan te bieden.
De studie is gepubliceerd in The Journal of Clinical Endocrinology & Metabolism.
- Medisch Contact
