UTRECHT - Het aantal mensen dat met een seksueel overdraagbare aandoening (soa) naar de huisarts of een speciale polikliniek gaat, is de laatste jaren sterk toegenomen.
Dat blijkt uit een studie van onderzoeksinstituut voor de gezondheidszorg Nivel, het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) en Soa Aids Nederland.
Jongere en mannelijke soa-patiënten gaan met hun probleem vaker naar een soa-polikliniek, mensen boven de dertig en vrouwen gaan daarvoor eerder naar de huisarts.
Vergeleken met andere landen heeft de huisarts in Nederland een relatief grote rol in de zorg voor soa’s. Huisartsen nemen 70 procent van de soa-gerelateerde consulten voor hun rekening en stellen 80 tot 85 procent van de diagnoses.
Soa’s lijken in Nederland steeds vaker voor te komen en ook vaker dan in sommige andere landen. "Hiervoor zijn verschillende verklaringen denkbaar", zegt NIVEL-onderzoeker Robert Verheij. "Het kan zijn dat soa’s tegenwoordig werkelijk meer voorkomen, maar het is ook mogelijk dat mensen eerder naar de huisarts of de soa-poli gaan voor een soa-test."
- Nivel