De helft van de patiënten die een hartstilstand overleven, ervaart daarna problemen met hun cognitieve functies, zoals het geheugen. Dat blijkt uit een onderzoek van de Zweedse Lund universiteit.
De onderzoekers volgden 950 mensen uit Europa en Australië die een hartstilstand hadden gehad. Na zes maanden was de helft van de patiënten overleden. De overlevers ondergingen testen waarbij hun cognitieve functies onderzocht werden. Bovendien werd aan hun en hun familieleden gevraagd om aan te geven wat er veranderd was na de hartstilstand.
Bijna 300 patiënten deden mee aan nog diepgaandere testen. Hun resultaten werden vergeleken met die van een controlegroep bestaande uit hartpatiënten.
Problemen cognitieve functies
De helft van de mensen die de hartstilstand had overleefd, bleek last te hebben van problemen met hun cognitieve functies. Wat de onderzoekers verraste, is dat de controlegroep ongeveer dezelfde problemen ervaarde.
"We dachten dat er een duidelijk verschil zou zijn tussen de groepen, omdat de hartpatiënten niet blootgesteld zijn aan zuurstofgebrek in de hersenen. Desondanks vertoonden zij ongeveer dezelfde tekenen van matige hersenschade als de patiënten die een hartstilstand hadden doorstaan”, zegt Tobias Cronberg.
Risicofactoren hart- en vaatziekten
De onderzoekers denken daarom dat de cognitieve problemen voor een groot deel te maken hebben met de risicofactoren die veel voorkomen bij mensen met verschillende hartproblemen. Bijvoorbeeld diabetes, een te hoge bloeddruk en een te hoog cholesterolgehalte. Andere studies toonden al aan dat deze factoren het risico op dementie vergroten.
De resultaten van het onderzoek verschenen in Circulation en JAMA Neurology.
- Medical Xpress
