De kwaliteit van leven na een hartstilstand kan aanzienlijk worden verbeterd door tijdens het herstel speciaal aandacht te hebben voor gevolgen voor de hersenen. Dat blijkt uit onderzoek van het Maastricht UMC+.
Door een hartstilstand beschadigt niet alleen het hart, maar ook de hersenen. Hierdoor ontstaan problemen met het geheugen en het denkvermogen. Door de inzet van een gespecialiseerd verpleegkundige kunnen mensen onder andere weer eerder aan het werk. De resultaten van het onderzoek zijn recent gepubliceerd in het toonaangevende International Journal of Cardiology.
Verminderd denkvermogen
Momenteel overleeft één op de vijf mensen een hartstilstand. De helft van de overlevenden krijgt te maken met cognitieve problemen, zoals verslechtering van het geheugen en een verminderd denkvermogen. Er ontstaat schade aan de hersenen doordat deze tijdelijk niet van bloed worden voorzien.
In het nazorgtraject wordt logischerwijs veel aandacht besteed aan de gevolgen voor het hart, maar problemen met het brein worden vaak minder goed herkend. Dat kan leiden tot bijvoorbeeld verstoringen in het denkvermogen, gedragsveranderingen, depressie en angst, maar ook tot moeilijkheden bij terugkeer op het werk en in de sociale omgang.
Uit het onderzoek blijkt dat onder andere het inzetten van een gespecialiseerd verpleegkundige met kennis van zowel neurologie als cardiologie een grote meerwaarde heeft en kan bijdragen om de kwaliteit van leven na een hartstilstand te verbeteren.
- Maastricht UMC+