Mensen die het meest bewegen in de ochtend hebben een lager risico op een hersen- en hartinfarct. Dat blijkt uit een studie van onderzoekers van het Leids Universitair Medisch Centrum (LUMC).
In de studie gaat het om alle soorten lichaamsbeweging op een dag. Hiervoor hebben onderzoekers Albalak en collega’s beweeggegevens van ruim 85.000 Britten geanalyseerd. Zij concluderen op basis hiervan dat mensen die het meest bewegen in de late ochtend, van 9.00 tot 11.00 uur, 16 procent minder kans hebben op het krijgen van een hartaanval en 17 procent minder kans op een herseninfarct. Dit is in vergelijking met mensen zonder duidelijke piek in lichaamsbeweging.
Biologische klok
Volgens Albalak heeft het te maken met onze biologische klok. Die zorgt er namelijk voor dat alles in ons lichaam, van cellen tot organen, een 24-uursritme heeft. "Het is belangrijk dat al deze ritmes gelijklopen. Als deze verstoord raken, wat soms bij mensen die nachtdiensten draaien gebeurt, neemt de kans op verouderingsziekten, zoals diabetes en dementie, toe."
Lichaamsbeweging, maar ook de timing van eten en blootstelling aan licht, zorgt ervoor dat je biologische klok in het juiste ritme blijft. "Wij denken dat een piek in lichaamsbeweging in de ochtend het meest aansluit bij je biologische ritme en dat er op die manier meer gezondheidswinst te behalen valt. Met in dit geval een lagere kans op een hartaanval en herseninfarct", legt mede-onderzoeker Raymond Noordam uit.
De studie verscheen vandaag in de European Journal of Preventive Cardiology.
- LUMC