Radiologen van het Maastricht UMC+ kunnen met behulp van een nieuwe mammografietechniek een nauwkeurigere inschatting maken van het wel of niet hebben van een borsttumor. Dit kan veel ongerustheid wegnemen bij vrouwen die onterecht vanuit het bevolkingsonderzoek naar borstkanker worden doorverwezen.
In het kader van het bevolkingsonderzoek worden vrouwen van 50 tot 75 jaar elke twee jaar opgeroepen voor het maken van een mammogram. Is er iets verdachts te zien, dan worden zij doorverwezen voor aanvullend onderzoek in het ziekenhuis. Bij ongeveer driekwart van die patiënten blijkt geen tumor aanwezig te zijn. De periode tot verder onderzoek in het ziekenhuis maakt vrouwen ongerust, terwijl daar bij het merendeel achteraf geen reden toe bleek te zijn.
Voorspellende waarde
De methode die de Maastrichtse radiologen inzetten heet Contrast-Enhanced Spectral Mammography (CESM). Hierbij krijgen vrouwen voordat er een foto wordt gemaakt een contrastvloeistof ingespoten. Dat maakt een mammogram nauwkeuriger en de kans op een fout-positief resultaat daalt daarmee aanzienlijk. Bij de standaard mammografie krijgt maar liefst 60 procent van de vrouwen te horen dat het vals alarm was, tegenover slechts 12 procent als de CESM werd uitgevoerd.
Daarnaast is de positief voorspellende waarde van CESM met ongeveer 76,2 procent bijna twee keer zo hoog als de 39,7 procent van het standaard mammogram. Radiologen kunnen tevens beter bepalen of er géén borstkanker aanwezig is en de patiënt zodoende met vertrouwen terugverwijzen naar het bevolkingsonderzoek om ongerustheid tijdig weg nemen.
Eerste resultaten
Bij Maastricht UMC+ hebben inmiddels 350 vrouwen een borstkankeronderzoek gehad op basis van CESM. De eerste resultaten over het gebruik van deze mammografietechniek zijn recent gepubliceerd in het wetenschappelijk tijdschrift European Radiology.
- Maastricht UMC+