UTRECHT - Beweging heeft alleen effect op de geslachtshormonen bij vrouwen als ze ook lichaamsvet verliezen. Een hoge concentratie geslachtshormonen na de overgang vergroot de kans op borstkanker.
Dit schrijven onderzoekers van het UMC Utrecht en het RIVM in het tijdschrift Journal of Clinical Oncology.
Geslachtshormonen
Het is wereldwijd pas de tweede keer dat wetenschappers het effect van bewegen op geslachtshormonen onderzoeken. Vrouwen die regelmatig lichamelijk actief zijn, hebben naar schatting 20 tot 40 procent minder kans op borstkanker dan vrouwen die weinig lichamelijk actief zijn.
Bij vrouwen na de menopauze is overgewicht een risicofactor. Geslachthormonen vormen de meest waarschijnlijke schakel tussen beweging, overgewicht en het risico op borstkanker.
Uit het onderzoek blijkt dat het volgen van een bewegingsprogramma géén effect heeft op de hormoonspiegels in de hele groep. Sportende vrouwen hadden na een jaar geen lagere hormoonconcentraties dan de controlegroep, en daarmee ook geen lager risico op borstkanker.
Afvallen
Maar de onderzoekers zagen wel een effect bij vrouwen van het bewegingsprogramma die waren afgevallen. Bij vrouwen waar de hoeveelheid lichaamsvet met meer dan twee procent was gedaald, waren de concentraties geslachtshormonen lager in de bewegingsgroep dan in de controlegroep.
Daarnaast liet de studie bij alle vrouwen zien dat bij afvallen hormoonspiegels daalden. De vraag blijft of bewegen alleen werkt doordat vrouwen (meer) afvallen of dat bewegen een extra effect heeft op het borstkankerrisico.
Borstkanker is de meest voorkomende vorm van kanker bij vrouwen, een op de negen vrouwen krijgt het.
- UMC Utrecht