De griepepidemie duurt voort. Huisartsen zien vooral veel jonge kinderen griepachtige verschijnselen in hun praktijk. Het aantal gevallen per week neemt de laatste weken niet meer toe, dus de epidemie lijkt de piek bereikt te hebben. Dat meldt het NIVEL.
In de zesde week van de epidemie meldden zich 114 per 100.000 Nederlanders bij de huisarts, voor kinderen van 0-4 jaar was dat 432 per 100.000.
De huisartsen van de NIVEL-peilstations nemen bij een deel van de patiënten met griepklachten met een watje een uitstrijkje van het neus- en keelslijmvlies. Het RIVM en het Erasmus MC gebruiken die watjes vervolgens voor virologisch onderzoek.
Uit hun analyses blijkt dat er inderdaad in de meeste gevallen (meer dan 60 procent) sprake is van een infectie met het influenzavirus, meestal (83 procent) van het subtype A(H1N1)pdm09. Dit subtype komt goed overeen met de virusstam die is gebruikt voor het maken van het griepvaccin van dit seizoen.
Vaccin
De griepprik biedt dus goede bescherming bij de overgrote meerderheid van de griepinfecties. Daarnaast komen, op kleine schaal, andere virussen voor, zoals influenza B-virussen. In het 2015/2016 vaccin zijn drie typen griepvirussen opgenomen, namelijk A(H1N1)pdm09, A(H3N2) en B (Yamagata-lijn). Hierin is het B-virus van de Victoria-lijn dus niet opgenomen. Het griepvaccin beschermt daar niet tegen. Tot en met week 6 van 2016 is dit type virus in 12 procent van de monsters gevonden.
Peilstations
De NIVEL Zorgregistraties eerste lijn maakt gebruik van gegevens die routinematig in de zorg worden verzameld, onder meer bij 478 huisartspraktijken met ruim anderhalf miljoen ingeschreven patiënten. Veertig van deze praktijken, met 57 huisartsen – de peilstations – rapporteren ook wekelijks over het vóórkomen van een aantal ziekten. Deze peilstations bestaan sinds 1970 en registreren sindsdien onafgebroken wekelijks het voorkomen van griep.
- Nivel