Minder meisjes vaccineren tegen baarmoederhalskanker

Getty Images

Het aantal Nederlandse meisjes dat wordt gevaccineerd tegen baarmoederhalskanker is voor het tweede jaar op rij afgenomen. Hierdoor worden per geboortejaar tientallen gevallen van baarmoederhalskanker minder voorkomen. Dit blijkt uit berekeningen van het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM).

De deelname aan het vaccin tegen baarmoederhalskanker is met 8 procent aanzienlijk afgenomen. In het jaarverslag van het rijksvaccinatieprogramma staat dat vorig jaar slechts 45,5 procent van de meisjes is gevaccineerd. In 2016 was dit 53,4 procent.

Belangrijkste reden

Sinds 2009 krijgen meisjes van twaalf en dertien jaar oud een oproep om zich te laten vaccineren tegen HPV, de veroorzaker van het virus van baarmoederhalskanker. De belangrijkste reden om niet tegen baarmoederhalskanker te vaccineren of daarover te twijfelen, blijken zorgen over mogelijke bijwerkingen van het HPV-vaccin. Onderzoek geeft echter geen reden tot twijfel: uit alle gegevens die zijn verzameld sinds het vaccin verkrijgbaar is, blijkt dat het vaccin veilig is.

Voor de meeste ziektes is de vaccinatiegraad hoger dan 90 procent en daarmee doet Nederland het beter dan andere landen. Toch is deze vorig jaar licht gedaald, met 1 procent. Volgens het RIVM is het voor het toenemende aantal ongevaccineerden een gemiste kans op individuele bescherming tegen ernstige infectieziekten.

Auteur 
Bron 
  • RIVM