DEN HAAG - Het percentage stoppers dat hulpmiddelen gebruikt in Nederland is laag en al 16 jaar constant. Slechts 23 procent van de stoppers in Nederland gebruikt een hulpmiddel. In Engeland is dat 60 procent.
Wel zijn Nederlandse stoppers meer hulpmiddelen naast elkaar gaan gebruiken. In 2007 werden gemiddeld twee hulpmiddelen gelijktijdig gebruikt. Vooral verschillende nicotinevervangers (pleisters, kauwgom etc.) worden naast elkaar of in combinatie met zelfhulpmaterialen gebruikt.
Bewezen effectieve hulpmiddelen als nicotinevervangers, telefonische coaching en zelfhulpmaterialen worden consequent meer gebruikt dan niet bewezen effectieve hulpmiddelen. Dit alles blijkt uit het Continu Onderzoek Rookgewoonten (COR), waarmee Stivoro trends in rookgedrag in beeld brengt.
Gebruik hulpmiddelen stimuleren
De uitkomsten van het COR zijn voor Stivoro reden om het gebruik van hulpmiddelen (nog) meer te stimuleren. De kans van slagen bij een stoppoging is namelijk twee tot drie keer hoger als er een hulpmiddel wordt gebruikt. Rokers die willen stoppen, hebben dus baat bij professionele en effectieve ondersteuning.
- Stivoro
