Nieuwe aanpak chronische vermoeidheid succesvol

Getty Images

Zelfbehandeling werkt bij een derde van de patiënten met chronische vermoeidheid. Een combinatie van zelfbehandeling en aanvullende cognitieve gedragstherapie is net zo effectief als de bestaande reguliere zorg, maar minder tijdrovend. Dat blijkt uit het promotieonderzoek van  Marcia Tummers bij het Radboudumc.

Eén van de weinige effectieve behandelingen van het chronisch vermoeidheidssyndroom (CVS) is cognitieve gedragstherapie. Het Nijmeegs Kenniscentrum Chronische Vermoeidheid ontwikkelde daarnaast een zelfbehandeling. Dit bestaat uit een werkboek met opdrachten die de patiënt thuis uitvoert en ondersteuning per e-mail.

​Getrapte zorg
Tummers onderzocht ook een combinatie van zelfbehandeling en cognitieve gedragstherapie. De patiënt begint hierbij met zelfbehandeling. Werkt dit dan stopt het zorgtraject. Werkt het niet dan volgt er aanvullende cognitieve gedragstherapie.

Uit het onderzoek van Tummers blijkt dat deze getrapte zorg even effectief is als de bestaande reguliere zorg, dat is cognitieve gedragstherapie na een wachtperiode. Het voordeel van getrapte zorg is dat het de behandelaar veel minder tijd kost. Dit komt vooral doordat patiënten na de zelfbehandeling over het algemeen minder individuele sessies van de cognitieve gedragstherapie nodig hebben.

​Depressie
Jonge patiënten, patiënten die minder last hebben van depressieve symptomen en patiënten die minder geneigd zijn om activiteiten te vermijden, behalen betere resultaten bij zelfbehandeling. Tummers adviseert dan ook om met name patiënten met ernstige depressieve symptomen direct de reguliere cognitieve gedragstherapie aan te bieden, in plaats van getrapte zorg.

Diagnose
Uit Tummers' proefschrift blijkt dat de huisarts minder vaak de diagnose CVS stelt dan op grond van de klachten van patiënten kan worden verwacht. Volgens Tummers is het nodig dat er meetinstrumenten komen waarmee de huisarts de diagnose CVS beter kan stellen.

Bron 
  • Radboudumc