'Krachttraining verlaagt kans op metabool syndroom'

Getty Images

BAARN - Mensen die aan krachttraining doen hebben minder vaak het metabool syndroom. Dit syndroom bestaat uit verschillende risicofactoren voor diabetes en hart- en vaatziekten.

Onderzoekers van de University of North Florida schreven dat in The Journal of Strength and Conditioning Research. Voor het onderzoek gebruikten zij gegevens van de National Health and Nutrition Examination Study die plaatsvond tussen 1999 en 2004. Middels een vragenlijst werd bepaald of de 5.618 deelnemers regelmatig aan de gewichten hingen.

Resultaten
Slechts 9 procent dan de ondervraagden deed aan krachttraining: 11,2 procent van de mannen en 6,3 procent van de vrouwen. Jonge mensen bleken vaker gewichten gebruiken dan ouderen.

Een verhoogde bloeddruk, een grote buikomvang, een verhoogd cholesterol en hoge bloedsuikerniveaus kwamen beduidend minder voor bij de krachttrainers. Dankzij de gewichten was de kans op het metabool syndroom 37 procent lager.

Spieren
Eerdere onderzoeken toonden dat krachttraining op zich zelf geen beschermend effect heeft. Grotere spierkracht en meer spiermassa hebben dit effect wel. Aangezien je door te trainen met gewichten je spierkracht en -massa vergroot, verminder je indirect ook de kans op het metabool syndroom.

Of de krachttraining nu een direct of indirect effect heeft; de onderzoekers benadrukken het belang van de gewichten. "We moeten ons niet beperken tot een cardiotraining. Hierin ligt vooral ook een rol voor trainers."

Bron 
  • Medical Xpress