Hand- en polsletsels vertegenwoordigen een aanzienlijk deel van de letsels waarmee patiënten op de spoedeisende hulp komen. Daardoor leiden ze tot hoge maatschappelijke kosten. Dat blijkt uit het promotieonderzoek van radioloog in opleiding Dennis de Putter van het Erasmus MC.
De Putter gebruikte een vragenlijst onder patiënten en gegevens uit het Letsel Informatiesysteem (LIS) van VeiligheidNL. Hij bracht de impact van hand- en polsletsels in termen van medische kosten, verzuimkosten en kwaliteit van leven in kaart, en vergeleek de resultaten daarvan met andere letselgroepen.
Hand- en polsletsels in Nederland kosten jaarlijks tot 540 miljoen euro en zijn daarmee de meest kostbare letselgroep. Met name bij hand- en vingerfracturen blijkt er sprake van hoge maatschappelijke kosten. De Putter: "Aan de ene kant is er sprake van grote aantallen letsels, hetgeen resulteert in hoge behandelkosten. Daarnaast is er bij dit soort letsels een langdurige herstelperiode, hetgeen resulteert in hoge verzuimkosten, met name in de leeftijdsgroep van 20 tot 64 jaar: de traditionele beroepsbevolking."
Verschillende leeftijdsgroepen
Bij kinderen is er sprake van een sterke stijging in het aantal polsfracturen in de periode 1997-2009, met name in de leeftijd van 10 tot 14 jaar. Dat komt onder meer door ongelukken thuis, maar ook door sporten, zoals veldvoetbal en gymles op school.
In de andere leeftijdsgroepen valt op dat patiënten van 50 jaar en ouder met polsfracturen tegenwoordig veel vaker in het ziekenhuis worden opgenomen voor een operatie dan een aantal jaar geleden.
Oorzaken
Voor zijn proefschrift onderzocht De Putter ook wat de belangrijkste oorzaken voor de hand- en polsletsels in de beroepsbevolking (20-64 jaar) zijn. Ongevallen thuis (vallen, snijwonden of klussen in huis, samen tot 40 procent) en fietsongevallen (9 procent) bleken de grootste invloed te hebben op de totale kosten (de medische kosten en verzuimkosten samen) van hand- en polsletsels.
- Erasmus MC