Medische hulpapps voldoen niet altijd aan de richtlijnen. Dat blijkt uit onderzoek van het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM).
Het instituut onderzocht 271 apps waarmee gebruikers hun gezondheid of leefstijl in kaart kunnen brengen. Van deze apps blijkt 21 procent een medisch hulpmiddel te zijn. Een deel daarvan voldoet niet aan de richtlijnen. Bij de helft ontbreekt een benodigde CE-markering, die aangeeft dat het medische hulpmiddel voldoet aan Europese richtlijnen.
Steeds vaker gebruiken mensen apps om hun gezondheid in kaart te brengen of als ondersteuning bij een ziekte. Bijvoorbeeld om te stoppen met roken of de hartslag te meten of hulp bij psychische problemen.
Het onderzoek werd gedaan nadat het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Milieu (VWS) wilde weten welke medische producten er op de markt zijn en of ze voldoen aan de voorschriften.
Nieuwe regelgeving
In 2020 treedt een nieuwe regelgeving voor medische hulpmiddelen in werking. Gezondheidsapps krijgen dan een zwaardere toelatingsprocedure om in appwinkels te verschijnen.