Vanaf 1 april tot en met het laatste weekend van juli zijn er in de drie Nederlandse Brandwondencentra al 41 mensen opgenomen. In alle gevallen waren brandbare vloeistoffen in combinatie met barbecueën of een vuurkorf de oorzaak.
"Een alarmerend aantal", aldus brandwondenarts Jos Vloemans. "Niet alleen omdat dit het topje van de ijsberg betreft, maar ook omdat we nog vele mooie dagen in augustus en september in het verschiet hebben."
Van de ongeveer 870 mensen die jaarlijks voor langere tijd worden opgenomen in de drie Nederlandse brandwondencentra, is 10,2 procent gerelateerd aan vluchtige brandbare vloeistoffen zoals spiritus, bio-ethanol of (was)benzine. Piekmomenten zijn zomerse dagen (vanwege het barbecueën) en de wintermaanden (gebruik bio-ethanol tijdens feestdagen). Dat betekent dat er elk jaar ongeveer 89 mensen zulke ernstige brandwonden door een ongeluk met brandbare vloeistoffen oplopen, dat zij moeten worden doorverwezen naar een gespecialiseerd brandwondencentrum. Hun behandeling kan weken duren en vele operaties tellen. En ook de littekens die ze eraan overhouden gaan nooit meer weg.
Brandbare vloeistoffen
Die 89 patiënten zijn alleen nog maar de patiënten die vanwege ernstige tweede- en derdegraads brandwonden naar een brandwondencentrum moeten. De spoedeisende hulpafdelingen van de ziekenhuizen zien jaarlijks ook nog eens zo’n 320 mensen met lichtere brandwonden door toedoen van brandbare vloeistoffen.
Bij alle vluchtige brandbare vloeistoffen zoals spiritus, bio-ethanol, (was)benzine en lampenolie komt bij het openen een gaswolk vrij die in de lucht blijft hangen. Deze gaswolk is zeer groot. Een vonkje is genoeg voor een steekvlam die meters lang kan zijn. Brandbare vloeistoffen zijn dus nooit 100 procent veilig, je kunt de barbecue beter aanmaken met aanmaakblokjes.
- Nederlandse Brandwonden Stichting
