UTRECHT - Het wandelen van een pelgrimstocht leidt tot een blijvende daling van het lichaamsgewicht en een tijdelijke verbetering van het cholesterolgehalte. Dat schrijft Remy Bemelmans van de Universiteit Utrecht in zijn proefschrift.
Negenentwintig gezonde mannen en vrouwen tussen de 40 en 70 jaar wandelden de laatste 280 km van de pelgrimstocht naar Santiago de Compostela. De bloedvatfunctie en verschillende risicofactoren voor hart- en vaatziekten werden 2 maanden en 2 weken voor de start van de tocht, en 2 weken en 2 maanden na het beëindigen van de tocht gemeten. Tijdens de pelgrimstocht werden risicofactoren voor hart- en vaatziekten om de dag gemeten.
Alle deelnemers volbrachten de tocht. De gemiddelde dagelijkse loopafstand was ruim 23 kilometer, en dagelijks werd gemiddeld ruim 5,5 uur gelopen.
Verbetering cholesterol
Tijdens de pelgrimstocht bleek het ongunstige LDL-cholesterol zeer sterk te dalen. Het HDL-cholesterol steeg juist tijdens de pelgrimstocht. Nadat de pelgrimstocht volbracht was, verdwenen deze gunstige veranderingen wel vrij snel. Het ongunstige LDL-cholesterol daalt fors tijdens het wandelen, maar 4 weken na de tocht was het LDL-cholesterolgehalte weer op hetzelfde niveau als aan het begin van het onderzoek.
Blijvend gewichtsverlies
Tijdens het wandelen daalden het gewicht en de middelomtrek. De wandelaars vielen gemiddeld twee kilogram af en dit gewichtsverlies bleef behouden tot twee maanden na afloop van de tocht.
Lichaamsbeweging is een belangrijke component bij de intensieve behandeling van patiënten met overgewicht en het metaboolsyndroom, maar het effect op gewichtsverlies is beperkt.
- Universiteit Utrecht
