Van borst naar fles
Tot de leeftijd van zes maanden hoeven kinderen niets anders te hebben dan borstvoeding. In Nederland is tegen die tijd nog maar 25 procent van de baby’s aan de borst: moeders gaan weer aan het werk, hebben geen zin meer om borstvoeding te geven of vinden dat hun baby wel aan iets anders toe is. Hoe bouw je borstvoeding af?
Op welk moment de voeding wordt afgebouwd is een individueel besluit dat van meerdere factoren afhangt. UNICEF en WHO adviseren tot in het tweede levensjaar van je kindje door te gaan met (gedeeltelijke) borstvoeding. Andere organisaties noemen zes maanden uitsluitend borstvoeding als het meest ideale beleid.
Melk uit de fles
Het is mogelijk om zowel borst- als flesvoeding met moedermelk naast elkaar te geven. Overdag kan dan worden afgekolfd, terwijl je je baby ’s ochtends en ’s avonds borstvoeding geeft. Borstvoeding kan je enige tijd goed bewaren.
Als je geen melk afkolft, is het risico groot dat de hoeveelheid moedermelk snel terugloopt. Op dat moment stoppen veel moeders vaak met het geven van borstvoeding: het wordt al snel teveel gedoe en een fles met kunstvoeding is dan makkelijker. Om narigheid zoals borstontsteking te voorkomen is het goed om dan nog even door te gaan met afkolven. Ook is het verstandig om in deze periode een strakke bh te dragen. De combinatie borstvoeding – kunstvoeding zorgt bij sommige baby’s voor verstopping. Dit kan je oplossen door meer water aan de kunstvoeding toe te voegen. Vaak is tien procent verdunning al voldoende.
Bijvoeding
Bij de meeste baby’s die lang borstvoeding krijgen valt het moment van afbouwen samen met de introductie van bijvoeding. Je kunt dan meteen rekening houden met het aanbieden van verschillende smaken en voedingsmiddelen met een wisselende structuur.
Overstapschema’s
Er zijn verschillende overstapschema’s van borstvoeding naar flesvoeding. Over het algemeen wordt geadviseerd om te beginnen met één keer borstvoeding per dag weg te laten. Het kan ook per twee dagen: dat maakt niet zoveel uit. Het is verstandig om een voedmoment uit te kiezen dat overdag plaatsvindt. De ochtend- en avondvoeding (bij het wakker worden en voor het slapen gaan) blijven het langst bestaan. Je stopt het laatst met het voedmoment in de ochtend.
De overgang van borstvoeding op kunstvoeding verloopt meestal zonder problemen. Soms is er voor de baby wat verwarring tussen tepel en speen, maar als de baby de borst goed pakt duurt dat nooit lang.
Dit artikel is goedgekeurd door Dr. J.M. de Bont, kinderarts-kinderneuroloog in UMC Utrecht.
Laatst herzien op
