Slaapgedrag van je baby

Het slaapritme van je kindje verandert in het eerste jaar veel. In het eerste jaar maak je de volgende perioden door.

In de buik

Voor de geboorte slaapt je baby veel. In de zesde maand van de zwangerschap ontwikkelt het kindje een slaap/waakritme. Veel baby's slapen als hun moeder overdag druk in de weer is. 's Nachts zijn ze vaak erg levendig en beweeglijk in de buik. Aan het eind van de zwangerschap opent de baby de ogen als hij wakker is. Het kind merkt daardoor wel of het dag of nacht is, maar past zijn ritme daar nog niet op aan.

Pasgeborene

Na de bevalling slaapt je baby uren achter elkaar. De geboorte is voor je baby zeer inspannend geweest. De hoeveelheid slaap die je kind per etmaal nodig heeft, varieert van twaalf tot achttien uur, verdeeld over verschillende slaapperiodes. De baby zorgt er de eerste tijd zelf voor dat hij precies zoveel slaap krijgt als hij nodig heeft.

De eerste maanden worden zuigelingen gemiddeld om de twee tot drie uur wakker omdat ze honger hebben, zowel overdag als 's nachts. Meestal stopt de vraag naar nachtvoeding na twee of drie maanden. De nachtvoeding onderbreekt jullie nachtrust niet al te veel als je jouw kindje bij je in bed of in de babykamer voedt. Praat liever niet hardop tegen je kindje en laat de slaapkamer en babykamer zo donker mogelijk. 

Oudere baby

Na drie tot zes maanden gaat je baby dieper slapen. Hij schrikt niet meer zo snel wakker van geluiden. Rond de zes maanden slapen baby's gemiddeld twee keer twee uur overdag en gedurende de hele nacht. Een baby die niet kan slapen en huilt, kun je beter snel troosten. Hoe langer je baby ligt te huilen, hoe moeilijker hij weer inslaapt. Aai even over het hoofdje, praat zachtjes tegen je kindje of neurie, zodat je baby jouw aanwezigheid voelt. Of pak de kleine even op en zing zachtjes voor hem. Het eerste half jaar hoef je echt niet bang te zijn dat je je baby op deze manier verwent. Juist door snel op het huilen te reageren, voelt je baby zich veilig en geborgen en valt snel en rustig weer in slaap. Met negen maanden slapen de meeste baby's nog steeds twee keer overdag. Dit stadium brengt veel veranderingen in hun leven. Je kindje ontdekt nieuwe dingen, leert zitten en kruipen. De opwinding en frustratie die dit soms geeft, kan het slaap/waakritme beïnvloeden. Het kan bijvoorbeeld wat langer duren voor je baby inslaapt.

Structuur bij slaapproblemen

Het is erg vervelend - voor jou en het kind - als je baby niet goed slaapt. Uit een studie van het Wilhelmina Kinderziekenhuis in Utrecht blijkt dat regelmaat, voorspelbaarheid en een rustige omgeving een positief effect hebben op huilbaby's.

• Breng structuur aan in het dagritme van je kind. Doe alle handelingen constant in dezelfde volgorde: slapen, voeden, knuffelen, alleen zijn in de box en weer slapen. Het advies is om je baby direct te voeden nadat hij wakker is geworden.
• Plan per dag niet meer dan één uitstapje met je baby. Als je bijvoorbeeld boodschappen hebt gedaan, ga dan dezelfde dag niet meer op visite of wandelen.
• Vermijd te veel prikkels. Zet radio en tv niet te vaak aan, laat je kind weinig in de wipstoel zitten en beperk bezoek tot tijden waarop je baby slaapt.
• Speelgoed op batterijen kan - voorlopig - te druk zijn voor jouw kind, net als een babygym.
• Gun je baby de rust om de wereld op zijn eigen manier te ontdekken.

In slaap vallen

Als je baby aan slaap toe is, geeft hij signalen af. Je kind gaat gapen, krijgt rode wangen of wordt juist bleek, wrijft in de oogjes, frummelt aan een oor, kijkt van je weg of gaat drukker gedrag vertonen. Op zo'n moment kun je jouw baby het beste wakker in zijn bedje leggen. Zo leert je baby zelf om in slaap te vallen.

Vijf tot twintig minuten jengelen of huilen voordat je kindje in slaapt valt lijkt misschien veel, maar is normaal. Gun je kind de tijd om zelf in slaap te vallen, dan slaapt hij het beste en rust goed uit. Als je kind in slaap wordt geholpen, schrikt je baby vaak al snel wakker van zachte geluiden of kleine bewegingen. Het advies van regelmaat, voorspelbaarheid en een zeer rustige omgeving kun je van jongs af aan bij iedere baby toepassen. Als je kindje toch slaapproblemen blijft houden en extreem vaak huilt, kun je altijd terecht bij het consultatiebureau.