Opstekers voor als je uit de running bent
Pijn in de rug, een verzwikte enkel of een tennisarm? Het is flink balen, maar uit een blessure kun je uiteindelijk ook winst halen. Dit zijn de vijf dingen die je leert als je even uit de running bent.
1. Je neemt rust
Veel blessures ontstaan door te hard werken en stress. Gewoon doorgaan als je klachten krijgt, omdat je toch dat project op je werk moet afronden of omdat je traint voor de halve marathon? Op een gegeven moment is de grens bereikt en zegt je lijf 'stop'. In eerste instantie is rust dan het beste medicijn. Dat geeft je ook de tijd om na te denken: hoe is het zover gekomen, en wat kun je doen om dit voortaan te voorkomen?
2. Je wordt je bewust
Een blessure geeft pijn. Dat is rottig, maar het maakt je ook bewust van wat er eigenlijk gebeurt in je lichaam. Pijn in je arm bijvoorbeeld als je weer te lang aan het werk bent met de muis, of pijn in je schouders als je gespannen bent. Pijn is een signaal en het maakt je bewust van je houding, je spieren en je mate van stress.
3. Je ontdekt nieuwe liefdes
Als je wilt genezen van een blessure, dan zullen er dingen moeten veranderen. Dat kunnen simpele zaken zijn, zoals de aanschaf van nieuwe hardloopschoenen. Een sportblessure kan ook aanleiding zijn om je sportroutine aan te passen en om nieuwe sporten te proberen. Tai chi, yoga, zwemmen, wandelen: je bent niet de eerste die juist door een blessure 'verliefd' wordt op een nieuwe sport!
4. Je wordt sterker
'What doesn’t kill you, makes you stronger'. Niet alleen een songtitel maar ook een uitspraak van de filosoof Nietschze. Als jij voor je blessure onder behandeling bent van een fysiotherapeut, dan kun je deze uitspraak hoogstwaarschijnlijk letterlijk nemen. Naast rust is krachttraining namelijk een van de belangrijkste pijlers van hun behandeling. Het versterken van de spieren rondom de zwakke plek, zorgt ervoor dat de blessure niet snel weer terugkomt. Goed voorbeeld is de core-training bij rugblessures.
5. Je vindt nieuwe wegen
Een blessure kan aanleiding zijn om de dingen voortaan anders aan te pakken. Op het werk kun je vaker kleine pauzes te nemen of voortaan gaan werken achter een stabureau. Misschien krijg je je collega’s zo ver om voortaan staand te vergaderen: veel efficiënter. En als je de spanning in je lijf aanpakt met meditatie of mindfulness, kun je daardoor ook anders in het leven komen staan. Zo kan een blessure je wat leren, en wie weet: het leven daarna net een tikje mooier maken.