DEN HAAG - Ongeveer 9 op de 10 volwassenen in ons land voelen zich gelukkig. Dat geldt vooral voor mensen die samenwonen met een partner, zo blijkt uit cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek.
In de periode 2008-2010 gaf meer dan 80 procent van de mensen die niet samenwonen met een partner aan dat ze gelukkig zijn. Van de personen die wel samenwonen met een partner is 92 procent gelukkig.
Kinderen
Kinderen maken geen verschil in het ervaren geluk indien er een partner is. Bij alleenstaanden maakt dit echter wel uit. Alleenstaande ouders zijn vaker gelukkig (85 procent) dan alleenstaanden zonder thuiswonende kinderen (77 procent).
Verschil leeftijden
18- tot 25-jarigen zijn gemiddeld even gelukkig met als zonder partner. Volwassenen ouder dan 25 jaar zijn vaker gelukkig met een partner dan zonder. Vooral onder mensen van 45 tot 65 jaar is dit verschil groot: 21 procentpunten. Dit komt vooral doordat 45- tot 65-jarigen zonder partner minder vaak gelukkig zijn dan mensen zonder partner in de overige leeftijdsgroepen.
Opleidingsniveau
Het aandeel dat zich gelukkig voelt, is onder laagopgeleiden wat lager dan onder middelbaar- of hoogopgeleiden. Daarnaast hangt voor laagopgeleiden het hebben van een partner sterker samen met het geluksgevoel dan voor middelbaar- en hoogopgeleiden. Onder laagopgeleiden is het verschil ruim 13 procentpunten, terwijl dit onder middelbaar- en hoogopgeleiden ruim 10 procentpunten bedraagt.
- CBS