Mensen die in de zogeheten krachtwijken wonen, zijn minder gezond dan mensen in de rest van Nederland. Dit komt onder andere door de lagere sociaaleconomische status van de inwoners van de krachtwijken. Dit blijkt uit een studie van het RIVM.
Veertig wijken in 18 steden zijn als krachtwijk aangemerkt op basis van verschillende criteria, zoals werkloosheid, laag opleidingsniveau, vandalisme. De aanpak van krachtwijken zou volgens het RIVM dan ook mede beoordeeld moeten worden op het effect op de gezondheid.
Aandachtswijken
De wijken zijn aangewezen door de minister van Wonen, Wijken en Integratie en krijgen extra hulp voor de aanpak van problemen met wonen, werken, leren en opgroeien, integreren en veiligheid. De wijken moeten zich binnen tien jaar ontwikkelen van aandachtswijken naar krachtwijken.
Het RIVM vergeleek de gezondheidssituatie van de krachtwijken met die van de rest van Nederland aan de hand van vier indicatoren: ervaren gezondheid, langdurige aandoeningen, lichamelijke beperkingen en sportdeelname. Voor de studie zijn enquêtegegevens gebruikt van 139.048 personen, van wie er 7.359 die in de krachtwijken wonen.
Sport
In de krachtwijken beoordeelt 25 procent van de mensen zijn of haar gezondheid als minder dan goed. In de rest van Nederland is dat 17 procent. Verder geeft 24 procent van de mensen in krachtwijken aan een langdurige aandoening te hebben. In de rest van Nederland is dat 21 procent. In de krachtwijken sport 52 procent van de mensen niet, tegenover 37 procent in de rest van Nederland.
- RIVM
