Virale aandoening bij kinderen
Hand-, voet- en mondziekte is een besmettelijke, meestal onschuldige aandoening die door een virus wordt veroorzaakt. De ziekte wordt vaak verward met de veeziekte 'mond- en klauwzeer', maar dat komt alleen bij dieren voor.
Hand-, voet- en mondziekte komt meestal in kleine epidemieën voor in de zomer en vroege herfst. De aandoening kun je herkennen aan blaasjes in de mond, op de handen en op de voetzolen. De ziekte komt vooral voor bij kinderen tot 10 jaar. De incubatietijd is meestal drie tot zes dagen.
Vooral jonge kinderen zijn gevoelig voor het ontwikkelen van hand-, voet- en mondziekte. Pasgeboren baby’s hebben, tot 10 dagen na de geboorte, een verhoogde kans op een ernstiger verloop. Daarnaast lopen mensen die geen antistoffen hebben, en die beroepsmatig werken met kinderen meer kans om de ziekte te krijgen.
Symptomen
In het merendeel van de gevallen verloopt de ziekte zonder, of met milde klachten. De ziekte kan beginnen met lichte koorts, misselijkheid, buikpijn, braken en keelpijn. Ook verschijnen er kleine blaasjes in de mond die vrij gemakkelijk stuk gaan en kleine oppervlakkige beschadigingen van het slijmvlies geven.
De blaasjes in de mond zijn vaak pijnlijk en kunnen het eten en drinken bemoeilijken. Na het ontstaan van de blaasjes in de mond, volgen kleine blaasjes op handpalmen en op de voetzolen. In zeldzame gevallen kan de ziekte ernstige verschijnselen geven bij pasgeborenen, waardoor de baby hoge koorts kan krijgen en/of suf wordt. Waarschuw dan direct een huisarts.
Besmetting
Hand-, voet- en mondziekte is zeer besmettelijk. Besmetting kan plaats vinden via vocht uit de blaasjes, de lucht (hoesten), maar het kan ook via ontlasting worden overgebracht. De ziekte is vlak voor er klachten zijn besmettelijk voor anderen, maar ook na herstel kan het virus nog tijdelijk worden overgedragen.
Behandeling
In de meeste gevallen verdwijnen de blaasjes na een week zonder littekenvorming. Als er veel pijnlijke plekken in de mond zijn, kan een arts een verdovende zalf voorschrijven.
Tot slot nog een aantal tips om besmetting te voorkomen:
- Gebruik bij hoesten en niezen een papieren zakdoek, gooi dit na gebruik direct weg en was de handen.
- Maak minimaal eenmaal per dag, maar afhankelijk van de situatie vaker, het toilet schoon. Gebruik van gewone schoonmaakmiddelen is voldoende.
- Ventileer voldoende
- Verschoon minimaal dagelijks de handdoek in het toilet, papieren handdoekjes hebben de voorkeur.
- Houd de nagels kort.
- Vermijd gemeenschappelijk gebruik van washandjes en handdoeken.
- Vermijd contact met vocht uit de blaasjes van kinderen met hand-voet-mondziekte.
- Reinig speelgoed wat kinderen in de mond nemen regelmatig.
- GGD Nederland