WAGENINGEN - Nieuwe voedingsproducten helpen nauwelijks om problemen met voedselallergieën op te lossen. Dit komt doordat voedsel nooit gegarandeerd allergeenvrij is en allergiepatiënten vaak extreem voorzichtig zijn.
Dat concludeert dr. Margreet van Putten van de leerstoelgroep Marktkunde & Consumentengedrag van de Wageningen Universiteit in haar proefschrift.
Notenallergieën, maar ook overgevoeligheid voor bepaalde fruitsoorten zoals appels en kiwis, komen relatief veel voor. Met kruisingen, genetische modificatie of doorstralen met gammastraling zouden de allergieopwekkende stoffen, allergenen, zodanig kunnen veranderen dat ze geen allergische reactie meer veroorzaken. Zo ontwikkelde Wageningen UR de santana, een hypoallergene appel die ook mensen met een milde appelallergie kunnen eten.
Echter, juist mensen met een voedselallergie zien de nieuwe voedingsproducten niet erg zitten. Waarschijnlijk omdat allergiepatiënten veel voorzichtiger en sceptischer zijn. Terecht, vindt Van Putten. Minuscule sporen van voedsel kunnen een zeer allergische reactie veroorzaken met soms de dood tot gevolg.
Extreme gevoeligheid
Het probleem van het nieuwe voedsel ligt volgens Van Putten dan ook vooral in die extreme gevoeligheid van allergiepatiënten; voedsel kan nooit 100 procent allergeenvrij zijn. Daardoor kan de ontwikkeling van hypoallergeen voedsel slechts allergiepatiënten met een milde allergie helpen.
- Wageningen University