Dubbelplassen: de double voiding-techniek
Heb jij het gevoel dat je je blaas niet bij iedere plasbeurt volledig leegt? En moet je heel vaak plassen? Dan kan dubbelplassen, ook bekend als 'double voiding', wellicht helpen beter uit te plassen.
Allereerst: je hoeft je blaas niet 100 procent leeg te plassen; er mag nog wat urine achterblijven, maximaal 50 milliliter. Je moet vooral het gevoel hebben dat je blaas leeg is en geen druk hoeven zetten. Als dat het geval is en je ondervindt verder geen blaas- of prostaatproblemen, zijn speciale technieken niet nodig.
Maar als je heel vaak moet plassen en soms last heb van (licht) urineverlies, kan het zijn dat je je blaas niet goed genoeg leegt. Dat komt doordat we te gehaast zijn, óók op het toilet. Als je jezelf niet genoeg rust gunt om goed te plassen, ga je onbewust druk zetten tijdens het urineren. Dat is ongezond en zorgt ervoor dat je niet goed uitplast, omdat het de plasbuis een beetje dichtdrukt.
Zo werkt dubbelplassen (double voiding)
- Ga op de toiletbril zitten, zet je voeten stevig op de grond en leun een beetje voorover, zodat je je bekken beter positioneert en je perineum ontspant.
- Plaats je handen plat op je bovenbenen of knieën
- Doe rustig een plas
- Wacht 20-30 seconden, terwijl je rustig blijf zitten
- Leun nog wat verder voorover en probeer nogmaals te plassen
- Het helpt sommige mensen om met hun bovenlijf te wiegen terwijl ze dit doen
Hoe vaak hoor je te plassen?
Normaliter plas je ongeveer eens in de 3 à 4 uur. Bij 150 tot 200 milliliter vulling van je blaas krijg je aandrang om te plassen. Dat is dus per 24 uur ongeveer zes á zeven keer, waarvan soms één keer ’s nachts. Als je vaker moet plassen – misschien wel ieder uur- en je hebt wel het gevoel dat je goed uitplast, dan kan het zijn dat je een overactieve blaas hebt. Aanpassingen in leefstijl en dieet kunnen hierbij helpen. Helpen deze onvoldoende, neem dan contact op met je huisarts.
Wat kan nog meer helpen om beter uit te plassen?
- De handgreep van Credé: hierbij leun je iets voorover en oefen je met je hand druk uit op je buik, net onder je navel, ter hoogte van de blaas.
- De kraan open zetten. Heel duurzaam is het niet, maar het geluid van stromend water kan je helpen je blaas beter te legen.
- Blaas-percussie helpt sommige mensen. Hierbij 'trommel' je met enige druk op de onderbuik in de hoop dat de blaas gaat samentrekken en zo een plasreflex wordt opgewekt.
- Je bekkenbodemspieren een aantal keer rustig aanspannen en weer loslaten. Meestal komt de plasreflex dan goed op gang. Ook kun je proberen je bekken een aantal maal te kantelen.
- Blaastraining of bekkenbodemspieroefeningen via de bekkenfysiotherapeut.