Zuig het vet weg
Liposuctie wordt al zo'n twintig jaar toegepast. In de loop der jaren groeide de techniek van het experimentele stadium uit tot een verfijnde operatietechniek. Liposuctie is meer geworden dan het verminderen van storende hoeveelheden vetweefsel. Nu kan er in detail een contourcorrectie worden uitgevoerd.
Bij de huidige liposucties gebruikt men een buis met de dikte van een ballpointvulling. Eerst duidt de behandelaar de plaats en de hoeveelheid van het te verwijderen vet nauwkeurig aan. Daarna zuigt hij met de buis bestaande vetcellen deels of geheel leeg. Zo kan je op elke plaats van je lichaam vetweefsel laten weghalen, tot je contouren veranderd zijn.
Verdoving
Liposuctie kan onder plaatselijke verdoving worden uitgevoerd, wanneer het niet om te grote oppervlakten gaat. Indien mogelijk krijgt een algehele anesthesie toch de voorkeur, omwille van het comfort voor de patiënt en de operateur.
Ook wat veiligheid betreft is algehele narcose aantrekkelijk. De patiënt kan goed bewaakt worden en ongewenste effecten van verdovingsvloeistof kunnen vermeden worden.
Verschillende technieken
In de media heerst verwarring over de naamgeving van liposuctie. Heel simpel komt liposuctie neer op het wegzuigen van vet op plaatsen waar het ongewenst is. Het wegzuigen op zich kan op verschillende manieren worden uitgevoerd.
Bij een droge liposuctie bijvoorbeeld, wordt enkel vet weggezogen door middel van onderdruk in de liposuctiebuis. Wanneer de buis wordt uitgerust met een trilmechanisme, wordt het vetweefsel wat vloeibaarder.
Er is ook een natte techniek. Het weg te zuigen vetweefsel wordt geïnjecteerd met een vloeistof. Hierdoor wordt vetweefsel gemakkelijker weggezogen met minder bloedverlies. Er zijn nog andere technieken die lichtjes afwijken van deze werkwijze. Maar de meeste liposucties worden tegenwoordig nat uitgevoerd met eenvoudige dunne buizen.
Heel het lichaam
Voor liposuctie komen veel gebieden van het lichaam in aanmerking. Een heel dankbare plaats voor vetvermindering is de onderkin, vaak aangevuld met de kaaklijn. Binnen zekere grenzen kan een onderkin weggewerkt worden. De kaaklijn wordt dan strak gemaakt met één of twee steekgaatjes onder de kaak.
Bovenarmen, onderarmen en zelfs handen kunnen wat de vetvulling betreft redelijk van contour worden veranderd. Een reeds bestaand huidoverschot of een forse liposuctie bij een niet-elastische huid biedt wel minder garantie op een mooi resultaat.
Borstontwikkeling bij mannen, die op vetweefsel berust, kan ook worden gecorrigeerd door middel van een steekgaatje onder plaatselijke verdoving. Dit geeft een mooi resultaat zonder zichtbare littekens.
De bovenbuik, onderbuik, flanken en 'lovehandles' zijn zeer goed toegankelijk voor liposuctie. Liposuctie is geen vervangmiddel voor vermagering. Soms vindt de liposuctie pas plaats wanneer de patiënt een aanvaardbaar lichaamsgewicht heeft.
Ook heupen, dijen, binnen- en buitenzijde van de bovenbenen, knieën en onderbenen zijn goed toegankelijk voor liposuctie. Ook hier moet de huid in goede conditie zijn en mogen er geen overmatige verwachtingen worden gewekt. Zelfs bij cellulitis wordt soms liposuctie verricht. Dikwijls blijkt de cellulitis na liposuctie te verminderen, maar hier is geen garantie voor.
Nabehandeling
Na de liposuctie moet je een nauwkeurig aangemeten elastische broek of body dragen. Die wordt bij voorkeur op maat gemaakt.
Deze elastische kleren geven een egaal resultaat, omdat ze de nieuwe vormen van het vetweefsel ondersteunen. Meestal moet je ze 3 tot 6 weken dragen. Elastische kleding beperkt ook de zwelling na de operatie en vermindert bloeduitstortingen.
Gevaar van liposuctie
Zoals aan elke ingreep heeft ook een liposuctie zijn nadelen. Het belangrijkste nadeel is dat je nooit 100 procent zeker bent van het resultaat. Dat wordt bepaald door de kwaliteit van de huid en de ernst van de afwijking.
Infecties kunnen na elke ingreep optreden, dus ook na een liposuctie. Wanneer er steriel wordt gewerkt onder optimale omstandigheden, en niet te veel vetweefsel wordt weggezogen, is de kans op een infectie echter gering.
Het grootste gevaar van een liposuctie is overcorrectie. Een ervaren operateur kiest er daarom eerder voor iets te weinig te doen. Hij kan later nog altijd een recorrectie uitvoeren. Dat is minder erg dan een overmatige correctie met alle gevolgen van dien.
Een veel gehanteerde limiet van te verwijderen vetweefsel is 2 liter, in bijzondere omstandigheden tot 2,5 à 3 liter. Moet er meer vet worden verwijderd, dan is het verstandig dit in meerdere sessies te doen met tussenpozen van vele maanden.
Met dank aan dr. M.P. Carpentier Alting, Esthetisch Medisch Centrum Bosch en Duin.