Vitamine D en de donkere huid

Zonlicht is de belangrijkste bron van vitamine D. Ongeveer twee derde van de hoeveelheid vitamine D die je dagelijks nodig hebt wordt op deze manier aangemaakt. Een blanke huid is in principe in staat om vrij snel grote hoeveelheden vitamine D aan te maken. Een getinte of donkere huid maakt het echter minder (snel) aan dan een lichte huid.

Verminderde aanmaak vitamine D

Melanine in de huid functioneert als natuurlijke bescherming tegen zonnebrand, maar beperkt de snelheid waarmee vitamine D kan worden gemaakt. Wanneer je huid geleidelijk bruin wordt, remt dat de aanmaak van vitamine D. Bij mensen met een donkere huidskleur functioneert de vitamine D-aanmaak in de huid sowieso aanmerkelijk langzamer dan bij mensen met een blanke huid.

In een land met weinig zon, of met veel kou waardoor men veel kleding draagt, zullen mensen daarom sneller een gebrek aan vitamine D hebben. In de winter (november – maart) is het voor alle huidtypen overigens moeilijk om met behulp van zonlicht een adequate vitamine D-status te handhaven.

Wat is een donkere huid?

Een getinte of donkere huid maakt dus minder (snel) vitamine D aan uit zonlicht. Op de Fitzpatrick-schaal is dit huidtype IV, V, VI. Als vuistregel kun je stellen dat dit een huid is die niet verbrandt voor hij bruin wordt.  Voor hen is suppletie dus noodzakelijk.

Hoeveel extra D?

De Gezondheidsraad adviseert mensen met een donkere huidskleur (vanaf huidtype IV) - ook kinderen - om dagelijks 400 IE (10 μg) extra vitamine D toe te voegen aan het voedingspatroon. Ook voor hen geldt overigens het advies om na hun 70e dagelijks 800 IE (20 μg) extra vitamine D te nemen. De apotheker kan je informeren over het voor jou meest geschikte supplement.