Van artrose tot de ziekte van Dupuytren
Problemen met de handen en polsen komen veel voor. Hand- en ergotherapeut Daan Wessing vertelt welke klachten hij vaak behandelt en wat eraan te doen is.
Handklachten komen op alle leeftijden voor, weet handtherapeut Daan Wessing. “Bij jongeren is het meestal een gevolg van letsel dat ze oplopen tijdens het sporten of klussen”, licht hij toe. “Bij ouderen hebben problemen met handen en polsen meestal andere oorzaken, zoals slijtage en overbelasting. De drie meest voorkomende handaandoeningen op latere leeftijd zijn artrose, de triggervinger en het carpaletunnelsyndroom. Ook zie ik vaak mensen met peesontstekingen en de ziekte van Dupuytren.”
1. Artrose
"Bij artrose wordt het kraakbeen dunner. Daardoor bewegen de gewrichten minder makkelijk. De pols, duim of vingers kunnen pijn doen en de handen en vingers worden wat stijver. Als het gewricht ook dik en warm wordt, is het ontstoken. Artrose komt vaker voor bij vrouwen dan bij mannen. Het is niet te genezen, maar er zijn wel mogelijkheden om het functieverlies en de pijnklachten te verminderen. Vaak zijn er maar drie therapiesessies nodig om meer grip te krijgen op de klachten. In de meeste gevallen helpt een brace of spalk in combinatie met oefentherapie. Mensen met artrose zijn geneigd de handen minder te gebruiken, maar het is juist belangrijk om ze te blijven bewegen. Slijtage wordt namelijk niet – zoals lang werd gedacht – erger door ‘gewoon’ gebruik.
Gebruik je handen alleen niét als gereedschap. Wat ik bedoel: om een spijker in een muur te slaan pak je een hamer, zoiets doe je ook niet met je blote handen. Stel dat het uitwringen van een doekje veel moeite kost vanwege krachtverlies of omdat het heel pijnlijk is. Maak het jezelf dan makkelijker en gebruik hulpmiddelen voor dat soort dagelijkse dingen. Mensen voelen vaak een enorme drempel en wachten te lang met het aanschaffen van hulpmiddelen. Maar die spullen helpen je juist om nog heel veel zelf te blijven doen, met minder pijn. Daarmee voorkom je mogelijk ook extra slijtage.
Als de klachten niet meer hanteerbaar zijn, is voor veel gewrichten een operatieve behandeling mogelijk. Soms is dat een eenvoudige operatie, soms is het ingrijpend. Het voornaamste doel van zo’n operatie is dat de pijn minder wordt, dus niet het verbeteren van mobiliteit of kracht."
Bij artrose is het belangrijk de handen te blijven bewegen
2. Triggervinger
"Een triggervinger wordt ook wel hokkende vinger of springvinger genoemd. Meestal treft het de ringvinger, duim of middelvinger, maar het kan bij alle vingers ontstaan. Het buigen van de vinger doet zeer en voelt vervelend. Dat komt door irritatie of door een ontsteking van de buigpees. Die pees ligt in een soort kokertje in de vinger. Als de pees wat dikker is dan normaal, glijdt deze minder goed door de peeskoker. Het hoeft niet altijd te gebeuren, maar zo’n vinger kan dan een beetje op slot schieten en vast komen te zitten. Als je de pees naar beneden trekt, kan dat een klikkend gevoel geven. Daar komt ook de naam triggervinger vandaan: je hoort dan een klikkend geluid, alsof je een trekker overhaalt. Handtherapie en een spalk zijn soms al voldoende om een triggervinger op te lossen. Als dat niet werkt, kan de handchirurg een- of tweemaal een injectie geven met ontstekingsremmers (corticosteroïden). Als een vinger hinderlijk blijft hokken, kan een kleine operatie nodig zijn."
3. Carpaletunnelsyndroom
"Als je last hebt van tintelingen en een doof gevoel in vooral de eerste drie vingers – de duim, wijsvinger en middelvinger – dan is er mogelijk sprake van het carpaletunnelsyndroom. Dat is een klacht die vaak voorkomt. Het komt vaker voor bij vrouwen. Meestal ontstaat het bij grote hormoonschommelingen, zoals tijdens een zwangerschap en de overgang.
De carpale tunnel zit aan de binnenzijde van de pols en is heel nauw. Wanneer de zenuw iets dikker wordt, of als er vocht wordt vastgehouden, raakt deze al snel bekneld. Van artrose en de triggervinger heb je vooral last tijdens de dagelijkse activiteiten, maar van het carpaletunnelsyndroom ook vaak in de nacht. Het is goed te behandelen met een brace of spalk, in combinatie met oefeningen en eventueel nog met een injectie met ontstekingsremmers. Als de klachten niet verdwijnen, is een operatieve behandeling mogelijk: een heel kleine ingreep."
Een beknelde zenuw is goed te behandelen
4. Peesontsteking
"Langs het polsgewricht passeren 23 pezen, veelal door zeer krappe tunnels. Sommige pezen zijn door hun ligging of functie ontvankelijker voor irritatie. Veel mensen hebben hier last van, vrouwen vaker dan mannen. Er zijn verschillende soorten peesontsteking (tendinitis). De belangrijkste klacht is pijn en irritatie. Ook kan roodheid en zwelling ontstaan en kan een vinger, duim of pols in de ochtend stijf aan voelen. Naarmate de dag vordert verminderen de klachten.
Op basis van het verhaal zal de arts vaak al vermoeden dat iemand een ontstoken pees heeft. In combinatie met onderzoek heeft de arts waarschijnlijk genoeg informatie om een diagnose te stellen. Bij twijfel kan het nodig zijn een echo te maken. Een veelvoorkomende peesontsteking is de ziekte van De Quervain. Meestal is overbelasting de oorzaak. Bij De Quervain zijn twee pezen in de koker naar de duim ontstoken. Bij een peesontsteking is het belangrijk om een balans te vinden tussen beweging en belasting. De eerste stap is het wegnemen van de overbelasting. Verder kan de huisarts pijnstillers en ontstekingsremmers voorschrijven. De handtherapeut kan houding- en beweegadviezen en oefeningen geven. Soms is ook een spalk nodig om de aangedane pees te ontzien. Helpt dit allemaal niet? Dan kan een injectie met een ontstekingsremmer een oplossing zijn. Een operatie kun je als laatste redmiddel inzetten."
5. Ziekte van Dupuytren
"Dit is een aandoening waarbij het bindweefsel in de hand verandert: de bindweefselplaat in de handpalm verkort, en de hand en vingers worden stijf en krom. Zo’n kromme vinger krijg je zelf niet meer recht. Waardoor Dupuytren ontstaat is niet bekend. Wat we wel weten is dat het in sommige families vaker voorkomt, vooral bij 50-plussers en meer bij mannen dan bij vrouwen. In veel gevallen is het een pijnloze aandoening, maar het beperkt wel de beweging. Soms lopen mensen er een tijd mee door – te lang – en gaan ze pas naar een arts als de hand en vingers al vrij krom zijn.
In sommige gevallen doen we dan de ‘table top test’: als je je hand zo plat mogelijk op de tafel legt en er is ruimte om een pen onder de vingers door te schuiven, dan is het misschien wel het moment om er iets aan te gaan doen. Bij deze aandoening kan een handtherapeut niet veel betekenen. Wat wel mogelijk is: de naaldmethode door de handchirurg. Daarbij wordt, onder plaatselijke verdoving, de Dupuytren-streng met een naald onderbroken. Hierdoor ontstaat meer ruimte om te bewegen. Nadeel is dat de kromstand vaak snel weer terugkomt."
De handchirurg kan kromme vingers verhelpen
Wanneer naar de huisarts?
Als je last hebt van je handen, polsen of vingers kan de huisarts beoordelen of een verwijzing naar een gespecialiseerde handtherapeut nodig is. Op de website van de Nederlandse Vereniging voor Handtherapie (NVHT) vind je handtherapeuten in de buurt en is te zien of ze gecertificeerd zijn.
Daan Wessing is echografist, ergotherapeut en handtherapeut. Hij is Nederlands (CHT-NL) en Europees gecertificeerd (ECHT). Wessing is verbonden aan het Amsterdam UMC en de Bergman Clinics. Ook werkt hij als docent aan The Hand Academy en aan het Nationaal Trainingscentrum voor echografie: de opleiding MSU-echografie, specialisatie hand en pols.
Een andere versie van dit artikel verscheen eerder in Plus Magazine juli/augustus 2024. Abonnee worden van het blad? Dat doe je in een handomdraai.
- Plus Magazine