Houd je vochtgehalte in balans
Vocht is een van de meest belangrijke levensbehoeften. Zonder drinken kunnen we maar een paar dagen, zonder eten houden we veel langer vol. Hoeveel vocht is er eigenlijk in je lichaam? En hoe weet je of de vochtbalans in orde is?
Weeg je 70 kilogram en ben je een vrouw? Dan heb je zo’n 35 liter water in je lichaam. Als je een man bent, dan is dat zelfs 45,5 liter! Vocht is van groot belang voor je lichaam. In de cellen zorgt vocht voor stevigheid en volume. Het vocht in je lijf zorgt er bijvoorbeeld ook voor dat je bloed vloeibaar is, dat de spijsvertering goed verloopt en dat het lichaam op temperatuur blijft. Vocht is echt onmisbaar.
Drinken vóór je dorst hebt
Elke dag verliezen we vocht: door onze ademhaling, door plassen, zweet en ontlasting. Gemiddeld is dat 1,5 tot 2 liter per dag. Dat moet je aanvullen door te drinken. Je lichaam zal er altijd naar streven dat er voldoende vocht is. De belangrijkste manier om daarvoor te zorgen is dat we een dorstprikkel hebben. Op het moment dat ons vochtpeil te laag wordt, krijgen we dorst. Maar eigenlijk is dat een laat alarmsignaal: we krijgen pas dorst als we al ongeveer 2 procent van ons lichaamsgewicht aan vocht hebben verloren. Dan heeft ons lichaam er echt al last van. Drinken vóórdat je dorst hebt, is dus een gezonde gewoonte.
Vochtbalans verschilt van dag tot dag
Hoeveel vocht er in je lichaam is, verschilt van dag tot dag en van moment tot moment. Het hangt af of je veel zout gegeten hebt of niet, of je blaas gevuld is, of je veel hebt gezweet en welk moment het van de dag is. Het verschil kan oplopen tot 1-2 kilogram vocht, en dat verschil verklaart ook waarom je de ene dag wat meer kan wegen dan de andere dag. Als je lichaam te weinig vocht bevat, gaat het 'bezuinigen'. Zo gaat er minder vocht naar de darmen, waardoor je verstopping kunt krijgen. Of je krijgt een droge mond. Als je ziek bent en vocht verliest door koorts, diarree of braken is het gevaar op een vochttekort erg groot.
Meer spieren? Meer vocht
Als je flink sport en extra spiermassa aanmaakt, dan gaat je lichaam ook meer vocht bevatten. Dat komt omdat spierweefsel meer vocht bevat dan vetweefsel. Het verklaart ook waarom je gewicht kan toenemen als je meer sport, terwijl je er in de spiegel toch beter uitziet. Het verschil in gewicht tussen spierweefsel en vetweefsel kan oplopen tot 20 procent.
Op dieet? Vochtverlies!
De eerste dagen van een streng afslankdieet kun je in rap tempo wat kilo’s verliezen. Dat is leuk natuurlijk, maar sta niet te hard te juichen op de weegschaal. Dit eerste gewichtsverlies is vrijwel alleen maar vocht. Bij een streng dieet zal het lichaam namelijk allereerst de 'snelle' energievoorraden aanspreken. Dit zijn de koolhydraten (glycogeen) die in de spieren en lever zijn opgeslagen. Bij het aanbreken van deze reserves komt veel water vrij, zodat je snel lichter wordt. Maar het echte doel: vetafbraak, moet dan nog beginnen! Overigens wordt glycogeen ook afgebroken bij een zware training.
Zoek de balans
Er zijn situaties die extra aandacht vragen voor de vochtbalans. Op warme zomerdagen bijvoorbeeld, bij flinke sportieve inspanningen en bij ziekte. Mensen die ouder zijn, hebben geen sterke dorstprikkel en kunnen dus ongemerkt te weinig vocht binnenkrijgen. Ook baby’s en jonge kinderen zijn gevoelig voor een vochttekort. Houd deze groepen in de gaten op warme dagen. Je merkt een vochttekort aan dufheid, een droge mond, een droge huid, weinig zweten, bleek en diepliggende ogen. En wat kun je drinken om je vochtbalans op peil te houden? Eigenlijk alles, óók koffie en thee. En water, veel (fruit)water. Alleen alcoholische dranken zijn geen goed idee, die zorgen ervoor dat je juist vocht verliest.