Bespreek klachten met je huisarts
Duizeligheid kan van alles betekenen. Dat je bloeddruk te laag is, dat je een verkeerde bril draagt of dat er wat mis is met je hart. Blijf er niet mee rondlopen, adviseert huisarts Clara van den Dool-Markus.
Huisarts Clara van den DoolMarkus ziet in haar praktijk geregeld mensen die last hebben van duizeligheid. Zij is gespecialiseerd in ouderengeneeskunde en een van de opstellers van de richtlijn over duizeligheid van het Nederlands Huisartsen Genootschap.
De impact van duizeligheidsklachten op het dagelijks leven is meestal groot: "Soms durven mensen door de duizeligheid helemaal niet meer de deur uit. Een controlebezoek aan de arts kan dan geen kwaad." Vaak treft het zeventigers en tachtigers, want duizeligheid komt vaker voor naarmate we ouder worden. "Sommige mensen ervaren duizeligheid als iets heel alarmerends en trekken direct aan de bel. Anderen hebben het gevoel dat het hoort bij ouder worden en denken dat er niets meer aan te doen is. Dat is jammer. Zeker als je er erg veel last van hebt, is het verstandig om de klachten met je huisarts te bespreken."
"Mensen die duizelig zijn, voelen zich vaak angstig", zegt Van den DoolMarkus. "Je bent bang om te vallen, gaat daardoor minder bewegen en de spieren verslappen verder. Dit heeft weer een negatief effect op de duizeligheid en ga zo maar door. In mijn praktijk meldde zich een oudere dame met duizeligheidsklachten. Ze had een tia gehad en last van artrose in haar knie. Na een tijdje voelde ze zich weer beter, maar de duizeligheid bleef. De klachten kwamen vaak op momenten dat zij alleen thuis was. We ontdekten dat het vooral de angst was die de duizeligheid veroorzaakte. Met behulp van fysiotherapie leerde ze beter lopen. Uiteindelijk verdween daardoor ook de angst en de duizeligheid." Kortom: heb je last van duizeligheid, dan is het belangrijk om goed in kaart te brengen wat er aan de hand is. Clara van den Dool-Markus: "Praat over je klachten met de huisarts of de praktijkondersteuner. Niet alle oorzaken van duizeligheid zijn altijd weg te nemen, maar er is vaak meer winst te behalen dan mensen denken."
Alsof je flauwvalt
Er zijn grofweg drie vormen van duizeligheid. "Bij draaiduizeligheid heb je het gevoel dat alles om je heen tolt. Dit wordt meestal veroorzaakt door een aandoening aan het evenwichtsorgaan. Door vuil of vocht in het evenwichtsorgaan worden prikkels niet goed doorgegeven", legt huisarts Van den Dool-Markus uit.
Een tweede vorm van duizeligheid is een licht gevoel in je hoofd, alsof je flauw gaat vallen. Dit zie je vaak bij mensen met lage bloeddruk of harten vaatziektes. In dat geval is het een goed idee om je bloeddruk te laten meten. Maar ook angstklachten kunnen een oorzaak zijn van het lichte gevoel in je hoofd. En dan is er nog een derde vorm van duizeligheid, die huisartsen 'bewegingsonzekerheid' noemen en die relatief vaak voorkomt bij ouderen, volgens Van den Dool-Markus. Hierover later meer. Want eerst de vraag: wanneer is duizeligheid echt gevaarlijk? Op die vraag kan Clara van den Dool–Markus heel concreet antwoord geven: "Als je last hebt van acute en heftige duizeligheid, uitvalsymptomen in je arm of been of heftige hoofdpijn, dan is het zaak om direct de huisarts te bellen. Zeker omdat duizeligheid een teken kan zijn van een ernstige aandoening zoals een hartinfarct of een beroerte. Bij mensen met diabetes kan duizeligheid een teken zijn van een hypo. Ook dan is het zaak om snel in te grijpen. Corrigeer zelf je bloedsuikerspiegel of bel de arts."
De huisartsenrichtlijn Duizeligheid noemt verder als alarmsignalen: gehoorverlies gelijktijdig met de duizeligheid of zeer hevige hoofd- of nekpijn. Bel in die gevallen meteen de huisarts. Ook als je duizelig bent na langdurig verblijf in een gesloten ruimte, want dat kan duiden op een koolmonoxidevergiftiging.
Kracht- en balanstraining
Gelukkig heeft duizeligheid meestal geen levensbedreigende oorzaak, zoals een hartinfarct. Het kan ook die ‘bewegingsonzekerheid’ zijn, waar veel mensen last van krijgen in de loop der jaren. Van den DoolMarkus: “Veel mensen gaan minder bewegen als ze ouder worden. Hierdoor gaat de conditie maar ook de spierkracht snel achteruit. Als je minder goed loopt, bijvoorbeeld door artrose, wordt er meer van je evenwichtsgevoel gevraagd. Je hebt daardoor minder evenwichtsgevoel in je spieren. Dat werkt zo: vanuit de spieren worden continu signalen over je houding doorgegeven aan je hersenen. Dit draagt samen met informatie vanuit het evenwichtsorgaan en de ogen bij aan je evenwichtsgevoel. Als de spiermassa afneemt, heeft dat gevolgen voor de verwerking van deze signalen. Bij een plotselinge beweging zoals opstaan uit je stoel of bukken om iets te pakken, raak je sneller uit balans en kun je je duizelig voelen en vallen. Je zenuwstelsel is dan te laat om de verandering van je houding te registreren en te corrigeren.” Er is best wat aan te verbeteren, is de ervaring van de huisarts: “Bij de fysiotherapeut of personal trainer kun je bijvoorbeeld een kracht- en balanstraining volgen. Als je weer stabieler loopt kan ook de duizeligheid afnemen.”
Bij duizeligheid kun je ook denken aan de ziekte van Ménière. Wie deze diagnose ooit heeft gehad, doet er goed aan om nieuwe duizeligheidsklachten te bespreken met de huisarts. Bij de ziekte van Ménière heb je last van heftige aanvallen van draaiduizeligheid. De duizeligheid gaat meestal gepaard met gehoorverlies. Deze aandoening komt niet vaak voor en treft vooral mensen tussen de veertig en de vijftig jaar. Na een aantal jaar verdwijnen of verminderen de klachten vanzelf. Van den Dool-Markus: “In het verleden is de diagnose wel eens verkeerd gesteld. Is de ziekte lang geleden geconstateerd en heb je nog steeds last van duizeligheid maar geen gehoorklachten, dan is het goed om je af te vragen of het wel om de ziekte van Ménière gaat en kun je de arts vragen er nog eens naar te laten kijken.”
Bijwerking van medicijnen
Ook slecht zicht kan voor duizeligheid zorgen, want visuele signalen zijn erg belangrijk voor ons evenwicht. Je mist dan als het ware een deel van de informatie, wat ervoor kan zorgen dat je je instabiel en duizelig voelt. Van den Dool-Markus: “Een tip die ik mensen vaak geef is om niet met je leesbril of multifocale bril op te lopen. Je ziet dan minder goed waar je je voeten neerzet en je struikelt sneller.” Duizeligheid is verder een bekende bijwerking van medicijnen. Slaapmedicatie is daar het bekendste voorbeeld van. “Zelfs als je een medicijn al heel lang gebruikt kan een bijwerking plots sterker worden. Als je ouder wordt kan het bovendien zijn dat een middel langer in je bloedbaan blijft of dat je gevoeliger wordt voor bepaalde medicatie. Voor sommige mensen loont het bijvoorbeeld om een ander medicijn tegen hoge bloeddruk te gaan gebruiken.” Een algemene tip: bij mensen die last hebben van aanvallen van draaiduizeligheid als gevolg van een storing aan het evenwichtsorgaan, kan de huisarts in de praktijk de zogeheten Epley-manoeuvre uitvoeren om de klachten te verminderen. Dit is een techniek waarbij het hoofd en de nek op een specifieke manier worden bewogen.
Verder doe je er in het algemeen goed aan om, als je duizelig bent, je tempo te matigen. “Let vooral op bij het opstaan. Blijf altijd eerst een paar tellen staan, voordat je verder gaat. Als je door de duizeligheid geregeld valt, zijn soms serieuzere maatregelen nodig. Hoe moeilijk het soms ook kan zijn om te accepteren, een loophulpmiddel zoals een rollator helpt om vallen te voorkomen. Het geeft je bovendien een stuk van je bewegingsvrijheid terug.”
Dit artikel verscheen eerder in Plus Magazine oktober 2020. Abonnee worden van het blad? Dat doet u in een handomdraai!
- Plus Magazine