7 vragen over mantelzorg
'Zorgen moet je doen, niet maken'. Veel mensen kennen deze beroemde uitspraak van Loesje en geven daar ook gehoor aan. Daarbij realiseren ze zich niet altijd dat ze zichzelf dóór te zorgen tot de groeiende groep mantelzorgers mogen rekenen. Want mantelzorg is niet alleen de zorg voor hulpbehoevende ouderen, maar bijvoorbeeld ook de zorg voor een broer of zus die chronisch ziek of gehandicapt is, en de zorg voor een kind met autisme. Wanneer je niet beseft dat je mantelzorger bent, weet je ook niet dat je gebruik kunt maken van hulp bij die zorg. En omdat je jezelf niet als mantelzorger herkent, ben je je waarschijnlijk ook niet altijd bewust van een eventueel dreigende overbelasting. Zeven vragen over mantelzorg mét hun antwoord.
Ik zorg voor mijn moeder. Ben ik dan een mantelzorger?
Ja, waarschijnlijk wel. Mantelzorgers zijn mensen die onbetaald zorgen voor een chronisch zieke, gehandicapte of hulpbehoevende ouder, kind of ander familielid, vriend of buur. Zij geven die zorg omdat ze een persoonlijke band hebben met die persoon. Er zijn zelfs formele afspraken over: "Zorg je meer dan acht uur per week en/of langer dan drie maanden voor je partner, kind, familielid of vriend? Dan ben je mantelzorger." Maar in de praktijk wordt er echt niet op de klok gekeken. Ook als je 'slechts' een paar uur per week bij je moeder bent om haar te helpen, ben je beslist haar mantelzorger. Mantelzorg bestaat in verschillende vormen en op verschillende niveaus. De één is bijvoorbeeld acht uur per week betrokken bij de zorg voor zijn of haar ouders; een ander is bijna 24 uur per dag verantwoordelijk voor de zorg voor een hulpbehoevend kind of druk met de zorg voor een verstandelijk beperkte broer. Er is ook geen leeftijd gekoppeld aan een mantelzorger, iedereen kan mantelzorger zijn, van jong tot oud.
Is mantelzorg hetzelfde als vrijwilligerswerk?
Voor vrijwilligerswerk kun je kiezen. Je doet vrijwilligerswerk omdat je het leuk vindt, en je kunt er ook weer mee stoppen wanneer je er geen zin meer in hebt of wanneer het even niet uit komt. Mantelzorger ben je, omdat je een band hebt met degene die hulp nodig heeft. Tegen mantelzorg is het lastiger ‘nee’ te zeggen, omdat het gaat om degenen waar je van houdt of waar je om geeft. Mantelzorg overkomt je.
[ITEMADVERTORIAL]
Hoeveel mantelzorgers zijn er?
4 miljoen Nederlanders van 18 jaar en ouder verlenen mantelzorg (1 op de 3 volwassenen). Hieronder vallen ook mensen die korter dan drie maanden per jaar of minder dan acht uur mantelzorg per week verlenen (SCP, 2015-II). 58 procent van de mantelzorgers is vrouw (SCP, 2015-II). De meeste mantelzorgers zijn tussen 45 en 64 jaar, een leeftijdsgroep waarin vooral mantelzorg voor een hulpbehoevende ouder nodig kan zijn (SCP, 2015-II). In 2040 zal de behoefte aan mantelzorg verdubbeld zijn (SCP, 2016-I)
Meer cijfers
- Mantelzorgers besteden gemiddeld bijna vijf uur per week aan de zorg voor naasten en geven gemiddeld 5,7 jaar zorg (SCP, 2016-I).
- Een op de zes volwassen Nederlanders geeft meer dan acht uur per week hulp.
- 610.000 Nederlanders geven langer dan drie maanden en meer dan acht uur per week hulp.
- Meer dan de helft van de mantelzorgers geeft zorg aan een ouder (53 procent), 16 procent aan een ander familielid, 14 procent aan een kennis of vriend, 13 procent aan een schoonouder, 9 procent aan een buurman/vrouw, 7 procent aan een partner en 6 procent aan een kind (SCP, 2016-I).
- Mannen helpen vaker bij administratie of vervoer. Vrouwen helpen bij het regelen van voorzieningen, bezoek aan een arts, persoonlijke verzorging of emotionele steun. Er is ook verschil naar sociale relatie: vrouwen zijn vaker mantelzorgers van ouders, schoonouders en hun eigen kinderen. Mannen bieden naar verhouding vaak hulp aan hun partner (SCP, 2016-1).
- Een op de drie mantelzorgers kan, durft of wil geen hulp vragen. Ruim 33 procent weet niet wat hen het meeste zou helpen (SCP, 2015-II).
- Een op de tien mantelzorgers geeft aan zwaar belast te zijn door de hulptaak. Het is hun ervaring dat de situatie van de hulpbehoevende hen nooit loslaat of dat de hulp teveel op hun schouders terecht komt.
- 80 procent krijgt een goed gevoel van mantelzorgen (SCP, 2015-II).
- 83 procent van de mantelzorgers heeft er betaald werk naast. In 2014 is één op de tien werkende mantelzorgers tijdelijk of structureel minder gaan werken of gestopt met werken vanwege de mantelzorgtaak (SCP, 2015-II).
Mag ik weigeren om mantelzorger te worden?
Stel, je bent naaste familie van iemand die hulp nodig heeft, maar de verstandhouding is slecht. De gemeente gaat er misschien gemakshalve vanuit, dat je gaat mantelzorgen. Kun je dit dan weigeren? Jazeker, want mantelzorg is niet verplicht. Maar let op: ben je een gezonde huisgenoot (dus inwonend) van iemand die zorg nodig heeft - bijvoorbeeld je echtgenoot of echtgenote - dan wordt wél verwacht dat je de huishoudelijke taken op je neemt. Schoonmaken, ramen lappen, boodschappen doen en dergelijke. Het maakt daarbij niet uit, of je een baan hebt of niet. Voor de lichamelijke zorg kun je uiteraard een beroep doen op een professionele zorgverlener.
Wat betekent het, om mantelzorger te zijn?
In een onderzoek van Plus Magazine uit 2014 zeggen Pluslezers dat het zorgen voor een dierbare hen vooral voldoening en dankbaarheid oplevert. In de derde plaats noemen ze vermoeidheid. Een Pluslezer verwoordde het zo: "Ik voel een combinatie van voldoening om te kunnen helpen en verdriet om het naderend einde."Maar vier van de vijf mantelzorgers erkenden ook, dat er moeilijke kanten zijn aan het zorgen voor een ander. De aftakeling van degene voor wie wordt gezorgd is zwaar, net als de karakterverandering die met de aftakeling gepaard kan gaan. Zorgen voor iemand die onaardig, egoïstisch of boos is, is een loodzware, haast bovenmenselijke opgave. Uit onderzoek van het Sociaal Cultureel Planbureau blijkt dat 15 procent van de intensief zorgende werkenden een slechtere gezondheid ervaart. 18 procent van de werkende mantelzorgers die minder dan 2 jaar mantelzorgt, is in een jaar 2 weken of langer aaneengesloten ziek. Bij mensen die langer dan 2 jaar mantelzorgen is dat zelfs een kwart. 5 tot 8 procent van de werkende mantelzorgers meldt zich ziek omdat de combinatie mantenzorg met werk hen teveel wordt (SCP, 2015-I).
Wat zijn de valkuilen voor mantelzorgers?
Geen ‘nee’ kunnen zeggen, niet gemakkelijk los kunnen laten en je veel zorgen maken. Ook de dag van een mantelzorger heeft maar 24 uur. En in de uren die je aan de verzorging van je partner besteedt, kun je niet tennissen en ook geen rozen kweken. 59 procent van de mantelzorgers heeft minder tijd voor zichzelf dan voorheen. Een derde vindt dat jammer. Hobby’s en uitstapjes sneuvelen en dat valt niet altijd mee. 'Ik word moe en nerveus van het voortdurende gejaag. Ik heb geen tijd meer voor uitgaan of verenigingen. Alleen lezen in bed, om te ontspannen en in slaap te vallen, blijft nog over." De overheid verlangt steeds meer mantelzorg van familieleden en vrienden, maar er is een grens en die is "Als ik er zelf aan onderdoor ga of het niet meer volhoud", aldus 48 procent van de Pluslezers.
Mijn moeder/broer/kind/buurman heeft steeds meer zorg nodig. Hoe voorkom ik dat het te zwaar wordt?
Vijf tips:
1.Vraag hulp en accepteer hulp. Het lijkt een open deur, maar veel mantelzorgers vinden het nogal eens moeilijk om hulptroepen in te schakelen. Ze willen het liefst alles zelf doen. 38 procent van de werkende mantelzorgers is onbekend met de bestaande wettelijke regelingen op de werkvloer 9W&M 2017). Informeer ernaar bij personeelszaken. Maak eventueel gebruik van (onbetaald of betaald) verlof. Het blijkt dat 24 procent van de mantelzorgers geen gebruik maakt van calamiteitenverlof, terwijl ze dit wel zouden willen (W&M 2017).
2.Besteed taken dus uit, zodat je je kostbare tijd ook echt aan tijd-met-elkaar kunt besteden. Het huis schoonmaken of de boodschappen doen, hoef je niet per se zelf te doen. Misschien is er een buurkind dat iets wil bijverdienen? Of kun je hulp in de huishouding regelen? Bestel boodschappen online en laat ze thuis bezorgen.
3.Laat degene voor wie je zorgt – indien mogelijk – nog zoveel mogelijk zelf doen. Dat is goed voor de eigenwaarde van diegene en ontlastend voor jou.
4.Denk eens aan een vrijwilliger. Bij jou in de buurt is misschien wel een vrijwilligerscentrale waar je je kunt aanmelden voor klusjes in- en om het huis, een ritje naar het ziekenhuis, het uitlaten van de hond of voor een praatje.
5.Hou vast aan je eigen ontspanning. Een ochtend in de week naar de tennisvereniging, toeren op de motor of bloemschikken. Als je dat altijd al deed, moet je daar vooral mee doorgaan. Lever niet alles in.