Zwemmen, een gezonde sport

Hoe komt het dat zwemmen zo gezond is?

• In het warme water functioneren stijve spieren veel beter. Zwemmen is sowieso goed voor je spieren. Ze ontspannen door de bewegingen die je in het water maakt. Sporten op het droge vergt veel meer van je spieren.
• Ook werkt het geestelijk ontspannend.
• Verder is het goed voor je hart en je longen.

Veranderingen in je lichaam

• Je lichaam voelt soepeler aan, doordat spieren en gewrichten zich ontspannen. Je gebruikt ze op een niet-belastende manier.
• Je ademcapaciteit wordt steeds groter, waardoor je langere afstanden kunt zwemmen.
• Na verloop van tijd bereik je met baantjes trekken dat de snelheid toeneemt en de hersteltijd na de inspanning afneemt.
• Goed getrainde zwemmers kunnen bovendien lang bewegen met een hoge hartfrequentie.

Zwemmen of andere sporten

Wanneer je af wilt vallen, is het belangrijk dat je daarbij sport. Zwemmen is hiervoor zeer geschikt. Veel mensen willen namelijk te veel in te korte tijd doen. Dit gebeurt vooral bij korte explosieve sporten, zoals fitness en hockey. Je lichaam verbrandt dan koolhydraten in plaats van vetten. Je verbrandt vetten door aan duursporten te doen, zoals:

• wandelen
• hardlopen
• fietsen
• zwemmen

Voor reumapatiënten biedt zwemmen veel voordelen.

• Na een kwartier in het water ontspannen de spieren zich. Hierdoor kun je je vloeiender bewegen en voel je je ontspannen.
• Daarnaast verlicht het de pijn.
• Verder verstevigt het de houdingsspieren. Er is geen schokbelasting die de spieren, pezen, banden en gewrichten moeten opvangen.

Stress en gespannen spieren

Voor mensen met veel stress en gespannen spieren is zwemmen ook een zeer geschikte sport. Achteraf voel je jezelf helemaal ontspannen. Bij rugklachten kan zwemmen verlichting bieden. Ook wordt zwemmen aangeraden bij mensen met rsi-klachten. Een sport als tennis biedt bijvoorbeeld te weinig ontspanning. Ze vragen om een voortdurende alertheid en om onverwachte actie. Bij zwemmen is dit niet het geval.

Soorten zwemslagen

Op zwemles leer je als eerste de schoolslag. Het is een langzame slag waarbij je schoksgewijs voortbeweegt. Je kunt het aantal slagen nog uitbreiden met onder andere de borstcrawl, de rugcrawl en de vlinderslag.

Zwemsporten

Enkele sporten die je in het water kunt doen zijn:

• waterpolo
• synchroomzwemmen of kunstzwemmen
• reddend zwemmen
• duiken
• wedstrijdzwemmen

De bekendste is toch wel wedstrijdzwemmen. Dit is een Olympische sport die je beoefent in een 25-meterbad en een 50-meterbad.

De gebruikelijke afstanden zijn vijftig, honderd en tweehonderd meter. Bij de vrije slag komen ook de vierhonderd meter, achthonderd meter en vijftienhonderd meter voor. Daarnaast kun je in Nederland bij het zogeheten 'openwater' ook langere afstanden zwemmen zoals twee, drie, vijf en tien kilometer.

Bij een zwemwedstrijd starten er meestal acht mensen tegelijk. De banen worden gescheiden door drijvende lijnen. Sensoren meten tegenwoordig de gezwommen tijden. Een keerpunt is de beweging die je aan het einde van de baan maakt om je om te draaien. Sensoren meten ook of dit op de juiste manier gebeurt.

Hoe word je lid van een zwemploeg? Zwemverenigingen hebben vaak een zwemploeg. Daarvoor moet je vaak door een selectie. Soms moet je eerst een jaar trainen bij de vereniging voor je wedstrijden mag zwemmen.

Uitrusting

Zwempakken en zwembroeken zijn er in alle soorten en maten. Wedstrijdzwemmers dragen doorgaans een sportbadpak of een zwembroek zonder pijpen. Deze zwemmers dragen meestal een badmuts om minder weerstand in het water te hebben. Een zwembril zorgt ervoor dat je geen chloor in je ogen krijgt.

Verder mag je niks gebruiken of dragen dat je snelheid, drijvend vermogen of uithoudingsvermogen kan verhogen. Bij kunstzwemmen kun je een neusclip gebruiken, zodat er geen water in je neus komt. De uitrusting bij waterpolo bestaat uit een soort badmuts met een beschermdeel bij de oren. Een zwembril kun je beter niet dragen, omdat er veel kans is dat deze tijdens het spel kapot gaat.

Leren zwemmen

Nederland heeft een van de hoogste percentages mensen die kunnen zwemmen. Kinderen gaan op vrij jonge leeftijd op zwemles. Je kunt diploma A,B en C halen maar de meeste kinderen stoppen na het B-diploma.

Daarna kun je ook nog zwemvaardigheidsdiploma’s halen. Hierbij kun je jezelf specialiseren in bijvoorbeeld:

• wedstrijdzwemmen
• waterpolo
• schoonspringen
• kunstzwemmen
• reddend zwemmen
• snorkelen

Zwemmen kun je leren via reguliere zwemlessen, maar sommige scholen bieden ook schoolzwemmen aan.

Ideale leeftijd voor zwemles

Op 5-jarige leeftijd komen kinderen steeds meer buiten het zicht van hun ouders. Het is dan belangrijk dat zij zichzelf kunnen redden als ze in het water vallen. Motorisch gezien kunnen kinderen vanaf 5-jarige leeftijd goed leren zwemmen. En vergeet niet: kinderen vinden het leuk om te leren zwemmen! Op de site alles over zwemles kun je meer hierover lezen.

De adviesleeftijd is 4,5 of 5 jaar in verband met een snellere doorstroming in de lesgroepen.

Leuke zwemfeiten

Uit een onderzoek van het SCP (Sociaal Cultureel Planbureau) blijkt dat 39 procent van de jongeren tussen twaalf en vierentwintig jaar zwemmen als populairste vorm van sportbeoefening bedrijft. (39 procent zwemt, 23 procent voetbalt, 20 procent fitnesst).

• Wie eens heeft leren zwemmen, verleert dat nauwelijks.